Jouw regio: ,
Wijzig regio
Jouw regio: nog niet opgegeven
Wijzig regio
Rate this post
  • De risico’s van buikvet
    Rate this post

    Wist je dat buikvet een sterke aanwijzing kan zijn dat je diabetes type 2 aan het ontwikkelen bent? Diabetes mellitus type 2 komt steeds vaker voor. Het werd vroeger wel ‘ouderdomssuiker’ genoemd, maar komt inmiddels zelfs al voor bij kinderen op de lagere school. Diabetes type 1 komt veel minder voor. Daarbij maakt de alvleesklier – vaak na ziekte – geen of veel te weinig insuline. Zonder insuline kunnen je cellen de suiker in je bloed niet opnemen. Behalve een klein beetje, door spiercontractie. Dat overleven we niet, dus moeten we dan insuline innemen.

    Diabetes type 2 is anders. In Amerika en Europa heeft een kleine 10% van de bevolking de diagnose, en waarschijnlijk nog eens zo’n 10% wel de aandoening maar nog geen diagnose. En veel meer mensen zijn bezig om diabetes te ontwikkelen. Daarmee verhogen zij sterk hun risico op hart- en vaatziekten, laaggradige ontsteking, vermoeidheid, verstoring in de hormoonbalans en nog veel meer. Toch zijn het metabool syndroom en diabetes goed te voorkomen. Ze zijn het gevolg van het eten van voeding waar ons lichaam (nog) niet goed op is aangepast, in combinatie met te weinig bewegen.

    Snelle koolhydraten
    Qua voeding hebben we het dan met name over te veel zogenaamde ‘snelle koolhydraten’. Daardoor gaat de bloedsuikerspiegel scherp omhoog. Ons lichaam, onze stofwisseling, is daar niet op ontworpen. We hebben vijf hormonen om de bloedsuikerspiegel te verhogen, en maar één om hem te verlagen. Dat is insuline. Als de bloedsuikerspiegel omhoog gaat en we de suiker niet gebruiken door lichamelijke inspanning, gaat ook de insuline omhoog. Die zorgt ervoor dat suiker in onze cellen wordt opgeslagen, als reservevoorraad.

    Opslagcapaciteit
    Onze opslagcapaciteit van suiker is niet groot. Als we de reservevoorraad nog niet opgemaakt hebben en er komt alweer nieuwe aan, houden de cellen die nieuwe suiker buiten de deur. Ze reageren minder op de insuline. Omdat je lichaam toch die suiker uit het bloed wil hebben, gaat het meer insuline aanmaken. Dat leidt tot verstoringen in onze hormoonhuishouding (overgangsklachten en menstruatieklachten kunnen hiermee samenhangen, maar ook slecht in- of doorslapen), het verhoogt onze vetopslag en zet de vetverbranding uit. Het leidt in het bijzonder tot de ophoping van visceraal vet (buikvet).

    Indicatoren
    Daarom is de buikomvang een belangrijke indicator van of we in het traject naar suikerziekte zitten. Die zou bij vrouwen onder de 88 cm en bij mannen onder de 102 cm moeten zijn. Andere indicatoren zijn een matig verhoogde bloeddruk (hoger dan 130/85), hoge nuchtere glucose, lage waardes van HDL (de ‘goede’ cholesterol) en hoge triglyceridenwaarden. Als mensen voldoen aan drie van deze vijf criteria, spreken we van ‘metabool syndroom’. Gemiddeld had in 2010 34% van de mensen in Nederland tussen 30 en 70 metabool syndroom. Hoe ouder, hoe vaker het voorkomt: bij mensen tussen 60 en 70 maar liefst 48,2%.
    Dat is ongelooflijk jammer, omdat het zo gemakkelijk te voorkomen is. Ik geef regelmatig gratis voorlichtingsavonden in Zwolle, waar ik vertel over hoe je dat kunt doen. Als je daar een keer naar toe wilt, kijk dan op mijn website voor een datum die je uitkomt.

    Leave a reply →

Reageer op dit artikel

Cancel reply