Jouw regio: ,
Wijzig regio
Jouw regio: nog niet opgegeven
Wijzig regio
Rate this post
  • ‘Wat zitten hier mooie kapsels bij!’
    Rate this post

    Ik zie haar nog binnenkomen. Alleen. Enigszins zenuwachtig, met de machtiging vanuit het ziekenhuis al in haar hand. Vanuit een automatisme ging mijn blik naar haar kapsel, waar haar hoofdhuid doorheen schemerde. Tijdens ons telefoongesprek eerder had ze de situatie al uitgelegd. Ze was zó gehecht aan haar eigen haar. Toen de verpleegkundige had geopperd om met een ‘IceCap’ haar eigen haar proberen te behouden, had ze deze mogelijkheden met beide handen aangegrepen. Aan de telefoon hoorde ik al aan haar stem dat het haar diep zat. En nu stond ze voor me, hopend dat ik iets voor haar kon betekenen.

    ‘Zullen we beginnen met koffie?’ stelde ik voor nadat we elkaars handen hadden geschud. Ze zuchtte eens diep. ‘Graag!’ Om de spanning weg te nemen, praatten we wat over het weer en andere alledaagse dingen. Langzaam begon ze te ontspannen en kon ik iets gerichter vragen stellen. Terloops noteerde ik een aantal dingen op het intakeformulier, waardoor basisgegevens als haar naam, adres en verzekering al snel op papier stonden. Al pratend ontstond er een beeld van haar gezinssituatie: man, vrouw, drie kinderen en nu geconfronteerd met een vreselijke ziekte. De uiterlijke gevolgen van haar ziekte vond ze het meest ingrijpend, tegen het haarverlies zag ze als een berg tegenop. Omdat zij haar kinderen niet wilde confronteren met haar kaalheid koos ze voor de IceCap. Zo kon ze zo veel mogelijk ‘normaal’ blijven. Nadat ze zich door de eerste behandelingen heen had geslagen met die ‘ijsmuts waar ze hoofdpijn van kreeg’ bleek deze methode onvoldoende te helpen en werd haar haar alsmaar dunner.

    ‘Hier’ begon ze terwijl ze een foto naar voren schoof, ‘moet je kijken wat een bos haren ik normaal heb’. Ik keek en noteerde op mijn formulier de natuurlijke haarkleur die ik op de foto en in haar huidige haardos kon ontdekken. ‘Ik heb allerlei kleuren gehad!’ zei ze. ‘Rood, blond, bruin, álles!’ Ze keek nog eens naar de foto. Ineens zag ik dat haar ogen vol liepen. Het werd haar even te veel. Ter afleiding gaf ik haar een modellenboek en vertelde ik haar dat ze me even moest helpen om iets uit te zoeken waarvan zij dacht dat het bij haar zou passen.

    Meteen ging ze op zoek naar een model, haar ogen schoten heen en weer over de pagina’s. Haar mond viel open. ‘Jeetje, wat zitten hier mooie kapsels bij,’ bracht ze uit. ‘Wat had je dan eigenlijk verwacht?’ vroeg ik toen. Ze was even stil. ‘Nou ja,’ begon ze, ‘mijn tante had vroeger een haarwerk, en dat leek wel een bontmuts.’ Na een aantal metingen van de hoofdomvang, bepaalden we samen welke modellen passend waren voor haar. Toen namen we afscheid.

    Al snel kwam de bestelling binnen, waardoor ze een paar dagen later al de zichtzending kon passen. Ter ondersteuning had ze een vriendin meegenomen. Hierdoor verliep het passen heel ontspannen, en was er was zelfs ruimte voor een grapje. We selecteerden verschillende haarwerken, totdat er nog maar twee over bleven. Toen de keuze éénmaal was gemaakt, slaakte ze net als bij het eerste bezoek een hele diepe zucht. Toch was er één merkbaar verschil. ‘Ik ben zó blij dat dit nu klaar is, zei ze. ‘Ik weet dat ik gewoon onder de mensen kon komen, zónder als patiënt te worden gezien.’

    Twee weken later was het zover: ik mocht het haarwerk afleveren waar ze zich al helemaal mee had verzoend. Het stond haar prachtig. Na het afscheid liep er een trotse vrouw naar buiten. En ik? Ik stond haar na te kijken, óók een beetje trots!

    – Walter Postma

    Leave a reply →

Reageer op dit artikel

Cancel reply