Kinderen en volwassenen met dyslexie, dyscalculie of AD(H)D zijn veelal beelddenkers: ze verwerken informatie door beelden in hun hoofd, maar ook met hun zintuigen. Dat kan op school of op het werk tot problemen leiden, omdat we leven in een talige omgeving die gericht is op woorden en niet op beelden. Met de Davis®-methode kunnen kinderen en volwassenen hun leesvaardigheid, rekenvaardigheid, concentratie of gedrag verbeteren.

Beelddenkers kunnen weinig met woorden waar ze zich niets bij kunnen voorstellen. Onder andere lidwoorden (‘de’, ‘het’, ‘een’) zijn lastig te verwerken, omdat die alleen in een zin een betekenis hebben en er geen plaatje bij de betekenis gevormd kan worden. Het zijn voor hen abstracte begrippen. Letters en cijfers zijn 2D-symbolen. Als je deze symbolen in je gedachten bekijkt, benader je de symbolen als een voorwerp. Denk maar eens aan een klimrek. Dat is een 3D-voorwerp waar je op kan klimmen, eronder kan kruipen enzovoort. Als je symbolen als een 3D-voorwerp bekijkt, ontstaat er veel verwarring over.

Bussommen
Dat geldt ook voor rekenen, zoals wanneer een kind ‘bussommen’ moet maken. De beelddenker zit in gedachten al in die bus en denkt aan die keer dat hij met de bus naar oma ging en die toen zulke lekkere pannenkoeken voor hem bakte. Als de juf dan vraagt hoeveel kinderen er bij de laatste halte nog in de bus zitten, heeft de beelddenker geen idee waar het over gaat, want hij zat in gedachten bij oma van de pannenkoeken te smullen.

Kleien
Bij de Davis®-methode krijgt de cliënt handvatten aangereikt waarmee die leert omgaan met dyslexie, dyscalculie of AD(H)D: ‘focussen’, ‘ontspannen’ en ‘de energiemeter’. Het begint met focussen, want als de focus ontbreekt, ­hebben de andere twee handvatten minder effect. ­Vervolgens gaat de cliënt letters kleien. Dit doen we om te kijken waar er ‘triggers’ zitten én om te leren ‘focussen’. Daarnaast leren ze de letters juist waarnemen, hoe zien ze eruit, hoe heten ze en hoe klinken ze? Het kleien is dé sleutel tot het begrip van onder andere letters en cijfers, want het leidt tot inzicht en begrip. Daarna wordt het lezen geoefend en gaan we aan de slag met de doelen van de cliënt. Iedereen is anders en het programma wordt op de persoon afgestemd.
Traject
Een traject duurt minimaal 30 uur en wordt vaak aangeboden in 5 dagen van 6 uur, maar er wordt ook rekening gehouden met wat de cliënt aankan. Als het gaat om een kind, worden de ouders vanaf het begin betrokken bij het traject. Zij moeten zich kunnen verplaatsen in de wereld van hun kind en hem of haar begeleiden bij de methode. Op deze manier kan het kind alles wat hij geleerd heeft makkelijker integreren en toepassen in zijn leven. Oefening baart kunst!

Met de Davis®-methode krijgt de cliënt meer zelfvertrouwen en kan die beter meekomen op school of het werk. Davis® counselor Darryl Hoefdraad helpt kinderen vanaf 8 jaar en volwassenen met deze methode.