Rate this post
  • ‘Gewoon accepteren!’
    Rate this post

    ‘Sportief zijn’ betekent naast het sporten zelf ook je aan de regels van de wedstrijd houden en je netjes gedragen – of je nu wint, verliest of gelijkspeelt.

    In dit artikel staan enkele tips hoe je bij jouw kind sportief gedrag kunt ontwikkelen.

    Onsportief gedrag
    Kinderen die onsportief zijn, kunnen gaan valsspelen of gaan schreeuwen tegen teamgenoten, tegenstanders of scheidsrechters. Wie onsportief is, schept bijvoorbeeld op als hij wint en klaagt of protesteert als hij verliest.

    Waardoor ontstaat onsportief gedrag?
    Sommige kinderen kunnen slecht tegen hun verlies omdat ze niet hebben geleerd om hun woede te beheersen of hoe om te gaan met frustratie. Andere kinderen hebben de regels van fair-play niet geleerd. Zij spelen om te winnen tegen elke prijs.

    Voorbeeld van ouders
    Sommige ouders schreeuwen tegen hun kinderen vanaf de zijlijn als ze een bal verliezen, een kans missen of niet goed genoeg hun best doen. Er zijn ouders die twijfelen aan de beslissingen van de scheidsrechters of schreeuwen naar tegenstanders. Dit gedrag is een slecht voorbeeld voor kinderen.

    Goed gedrag van ouders
    Het is belangrijk dat je betrokken bent bij de club van jouw kind. Samen met de club kun je zorgen voor een sportieve sfeer en sportief gedrag. Ga regelmatig mee naar wedstrijden of trainingen. Misschien kun je een actieve rol binnen de club gaan spelen en vrijwilliger worden.

    Steun de coach en scheidsrechter
    Werk samen met de coach in plaats van te ondermijnen wat hij zegt. Ben je het niet eens met een beslissing of situatie, dan kun je dit op een rustig moment apart met de coach bespreken.
    Leer je kind dat tijdens de wedstrijden de scheidsrechter de beslissingen neemt. Leer je kind dit te accepteren, zelfs als het in de ogen van jouw kind een oneerlijke beslissing is. Lever zelf als ouder ook geen negatief commentaar vanaf de zijlijn.

    Prijs sportief gedrag
    Kijk tijdens de trainingen en wedstrijden naar jouw kind. Vergelijk de prestatie van je kind liever met zijn eigen eerdere verrichtingen dan je kind met andere kinderen te vergelijken.
    Of je kind nou wint, verliest of gelijkspeelt, probeer altijd iets sportiefs te zeggen over de prestatie van jouw kind, het team en de tegenstander.

    Regels voor sportief gedrag
    Bespreek thuis regels voor sportief gedrag, bijvoorbeeld: ‘Blijf rustig, praat netjes, volg de instructies van de coach en scheidsrechter’.

    Omgaan met onsportief gedrag
    Als je tijdens de wedstrijd ongewenst gedrag ziet, kun je dit na de wedstrijd bespreken. Vertel aan je kind wat hij/zij fout heeft gedaan, bijvoorbeeld ‘Ik vind het niet goed als je tegen een beslissing van de scheidrechter ingaat’. Zeg wat het kind in plaats daarvan had moeten doen: ‘Als je boos bent over een beslissing, haal je een paar keer diep adem en tel je tot 10.’ Dan pas je een logische consequentie toe, bijvoorbeeld niet mogen nazitten met vrienden na afloop van de wedstrijd. Zoek een consequentie die alleen voor jouw kind geldt en niet de rest van het team benadeelt.

    Vragen?
    Als je vragen of zorgen hebt over het sportieve gedrag van je kind, bespreek dit dan op de club en kijk samen hoe je dit kunt oplossen. Voor vragen over de opvoeding kun je terecht bij het Centrum voor Jeugd en Gezin

    Leave a reply →

Reageer op dit artikel

Cancel reply