Zelfvertrouwen, zelfstandigheid, respect… Dat zijn een aantal kwaliteiten die ouders verwachten te zien bij hun kinderen. Maar hoe stimuleer je de ontwikkeling hiervan? Door concreet te vertellen wat je precies van hen verwacht!
‘Ja, maar ik zeg het toch!’ wordt er vaak geantwoord door ouders wanneer er aan hen gevraagd wordt of hun kinderen weten wat de ouders van hen verwachten. De gedachte hierachter is dat op het moment dat ouders dit zeggen, kinderen automatisch weten wat er dan bedoeld wordt.
Menig ouder vergeet nog wel eens dat er van kinderen (uiteraard afhankelijk van bijvoorbeeld de leeftijd) niet verwacht mag en kan worden dat zij precies weten welk gedrag bij welke verwachtingen horen. Er zal dus door de ouders een koppeling voor hen gemaakt moeten worden tussen enerzijds het gedrag dat ze op dat moment laten zien en anderzijds het gewenste gedrag dat daarbij hoort of nodig is.
Elk gedrag heeft een betekenis. Dit betekent dat je als ouder:
1. op zoek kunt gaan naar de betekenis achter het gedrag
2. de gedragingen van jouw kind kunt koppelen aan een kwaliteit
3. dit kunt benoemen voor jouw kind
Voorbeeld: je ziet dat jouw kindje van 4 zijn stinkende best doet (zie 1) om zelf zijn boterham te smeren. Weliswaar gebruikt hij daarvoor misschien iets te veel beleg. Zeg je dan: ‘Dat is niet goed; ik doe het wel voor je’? Of zeg je (zie 3): ‘Wauw, je probeert je boterham zelf te maken hè? Dat is zelfstandig (zie 2) van je!’?
Welke van de twee zal een bijdrage leveren aan zijn zelfvertrouwen?
Reageer op dit artikel