Dat Paul van Riel acht jaar geleden de banketopleiding is gaan volgen op het voormalige ROC in Eindhoven, was geen verrassing. Hij was van jongs af aan al bezig met koken en patisserie. Inmiddels is de 25-jarige Brabander eigenaar van één van de bekendste banketbakkerijen in de regio en ver daarbuiten. Hij vertelt over het ondernemerschap, zijn toekomstdromen en die keer dat hij met de ontwikkeling van de 3D-Koningsbonbon de internationale pers haalde.

Naam: Paul van Riel
Eigenaar van: Patisserie Walter van Erven
Favoriete patisserie: hazelnootprogrestaart, tevens de specialiteit van de patisserie

‘Na de opleiding aan het ROC heb ik me in Antwerpen gespecialiseerd in suiker, ijs en patisserie. Ook heb ik in die tijd stage gelopen en gewerkt bij veel verschillende bedrijven, om zo ervaring op te doen. Acht jaar geleden liep ik ook al een keer stage bij Walter van Erven en sinds een jaar ben ik eigenaar van het bedrijf. Ik heb lang getwijfeld tussen horeca en patisserie, maar heb geen moment spijt gehad van mijn keuze. En de werktijden zijn een stuk schappelijker!’

‘Ondanks mijn leeftijd heb ik al een hoop bijzondere dingen meegemaakt in het vak. Zo heb ik in een driesterrenrestaurant stage gelopen en ook heb ik een maand lang voor een wielerploeg gekookt tijdens de Tour de France. Maar het meest bijzondere was toch wel de 3D-Koningsbonbon die ik samen met een collega heb ontwikkeld. We waren de eerste ter wereld die op die manier een bonbon gemaakt hebben en hebben daarmee de internationale media gehaald.’

‘De grootste uitdaging waar ik tegenaan loop is op dit moment voornamelijk het ondernemen zelf. Waar ik eerst na een werkdag de deur achter me dichttrok en mijn werk achter me liet, run ik nu 24/7 een bedrijf. Maar het is een hele mooie en leuke uitdaging en als ik zie hoe het bedrijf in een jaar gegroeid is, kunnen we daar als team alleen maar ontzettend trots op zijn. Het is belangrijk dat we ons in de toekomst blijven ontwikkelen. We proberen wekelijks nieuwe producten. Dat betekent niet dat we iedere week een nieuw product aanbieden, maar we experimenteren altijd. Verder kunnen we veel leren van collega’s uit het vak. Wat in Amsterdam populair is, is hier in Brabant helemaal niet in trek en andersom. Daarover kunnen we dus altijd veel ideeën uitwisselen.’

‘Over tien jaar wil ik dat er nog steeds een bedrijf staat waar ik trots op kan zijn. Een bedrijf dat een visitekaartje is en waarvan menig mens denkt: ‘ja, zo hoort het.’ Eén van mijn belangrijkste doelen is om weer naamsbekendheid te krijgen onder jongeren. Ik merk nu dat er vooral mensen binnenkomen vanaf het moment dat ze kinderen krijgen en ouder. We zijn daarom aan het onderzoeken hoe wij, als branche, door middel van nieuwe en andere concepten ook weer jongeren kunnen aantrekken, maar ik weet zeker dat dat uiteindelijk ook zal lukken.’