Jenneke van der Aa uit ’s-Hertogenbosch was 38 jaar toen ze de diagnose baarmoederhalskanker kreeg. ‘Ik voelde dat er iets mis was in mijn lichaam. Ze zeggen wel eens ‘kanker overkomt je’ en dat is ook echt zo’, begint Jenneke haar verhaal. Nu, twee jaar later, worstelt ze nog dagelijks met de nasleep van haar ziekte. ‘Ik was van plan om mijn oude leven zo snel mogelijk weer op te pakken, maar alles is anders, ik ben veranderd.’
De kanker zette het leven van Jenneke en haar partner Tom twee jaar geleden volledig op zijn kop. ‘Ik werd vanuit Den Bosch direct doorgestuurd naar het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven. Na verschillende onderzoeken werd besloten voor een operatie, met de robot. Ik ben in september 2019 geopereerd en heb alleen mijn eierstokken nog. Tot mijn grote opluchting had ik geen uitzaaiingen. Ik weet nog hoe blij ik was toen ik dat hoorde. Het was klaar!’, vertelt Jenneke.
Moeizaam herstel
Ze kan er niet verder naast zitten. Haar herstel verloopt helaas moeizaam en trekt nog altijd een grote wissel op haar sociale leven, haar relatie en op haarzelf als individu. Na twaalf weken rust, start ze in januari 2020 langzaamaan met revalideren. En toen kwam corona. ‘De samenleving ging op slot, ook mijn sportschool waar ik revalideerde. Net als iedereen gingen Tom en ik in onze ‘coronabubbel’. Het samenzijn in ons appartement gaf ons ook rust maar ondertussen kon ik niks. Ik had overal hulp bij nodig, bij de meest simpele dingen. Dat maakte mij heel onzeker. Simpele huishoudelijke taken zoals het inruimen van de afwasmachine of koken gaan niet meer. Maar ook op relatiegebied kan ik niet de vrouw voor Tom zijn die ik wil zijn. Intiem met elkaar zijn, is voor mij een hele opgave. De dagelijkse pijn, de lymfoedeem en de zenuwpijnen, hebben zo’n grote invloed op mijn leven. Ik heb me daar heel schuldig over gevoeld. Want door mij was ook zijn leven 180 graden gedraaid. Hij heeft zo veel geduld met me, hij doet alles. Daar begreep ik in het begin helemaal niets van. Dat hij dat allemaal voor mij doet. Ik ben zo trots op hem, hij is mijn alles.’
Weer partners leren zijn
Inmiddels is Jenneke weer voor 30 uur per week aan het werk. ‘Daar voel ik me gelukkig, daar heb ik het gevoel iets bij te kunnen dragen. Want omdat het werk lichamelijk niet zwaar is, kan ik iets betekenen. Op mijn werk heb ik zelf de regie ergens over, dat is heel belangrijk voor me. Ik ben ontzettend blij met zo’n begripvolle werkgever.’ Ook thuis probeert ze beetje bij beetje weer de regie in eigen hand te nemen. ‘We hebben hier allebei aan gewerkt. Ik moest leren aangeven dat ik ruimte nodig had en Tom heeft moeten leren mij die ruimte weer te geven. Leren dat ik ook wel een avondje alleen kon blijven. Zodat hij weer eens een keer naar zijn vrienden kon, of kon gaan sporten.’ Ze vervolgt: ‘Je moet terug naar een ‘normale’ relatie als partners. En dat geldt ook voor je sociale omgeving. Zo krijg ik vaak te horen; wat zie je er goed uit, maar van binnen voel ik me door de dagelijkse pijn zo ontzettend moe. Ik moet continu mijn grenzen bewaken’, aldus Jenneke, ‘dat hebben mensen niet door, je ziet het ook niet als ik mijn make-up op heb en maar blijf lachen.’
Tijd onderdeel van het leven
Zo is ‘tijd’ een belangrijk onderdeel geworden van haar leven. ‘Als ik bijvoorbeeld met Tom een klein stukje ga wandelen, dan lopen we door de wijk en niet door het bos. Niet te ver en niet te lang. Want als ik niet meer verder kan, dan kan Tom thuis de auto gaan halen en me oppikken. Ook ga ik op gezette tijden naar het toilet, omdat ik na mijn operatie niet goed meer voel wanneer ik naar de wc moet. De factor tijd beheerst mijn leven en dat is iets wat je niet wil. Ik zou ook wel weer eens ongedwongen willen gaan winkelen met mijn vriendinnen. Dat kan ik nog niet. Ik ben een jonge vrouw van 40 met ontzettend veel beperkingen. Het geeft een dubbel gevoel. Ja, ik ben elke dag dankbaar dat ik er nog ben, maar het leven moet wel fijn zijn… En ja, kanker heeft écht een kleurige kant. Je bent je veel bewuster van alles om je heen. Ik kan intens van kleine dingen genieten. Maar die dagelijkse pijn, hangt er als een donkere wolk boven. De wereld ligt aan mijn voeten als ik die pijn kwijt ben. Dan schijnt de zon voor mij elke dag!’
Praten cruciaal ‘medicijn’
Praten met elkaar, praten over de ziekte en praten met de omgeving bleek een cruciaal ‘medicijn’. ‘Het inloophuis voor kankerpatiënten, het Vicky Brownhuis en De Bondgirls, een groep jonge vrouwen met kanker, hebben mij hier enorm mee geholpen. Het is zo fijn om voor de verandering niets uit te hoeven leggen. Iedereen daar weet waar je doorheen gaat. De training DOOR! na kanker heeft me inzichten gegeven. Ik was heel ongelukkig geweest als ik dit ‘gouden vangnet’ niet had gehad. Dat gun ik iedereen!’
Baarmoederhalskanker (cervixcarcinoom) is kanker van de baarmoederhals (baarmoedermond). In Nederland wordt jaarlijks bij ongeveer 700 vrouwen de diagnose baarmoederhalskanker gesteld. De meeste vrouwen zijn tussen de 30 en 55 jaar. Het Catharina Ziekenhuis is het regionale expertisecentrum voor gynaecologische kanker in Brabant.
Leave a reply →
Reageer op dit artikel